Eén van de verdachten in het grote omkoopschandaal rond de FIFA is Jack Warner, een voormalig vicevoorzitter van de wereldvoetbalbond. Warner vertrok in 2011, toen zijn naam viel in een ander schandaal.

De zakenman, oud-leraar, politicus en voetbalbons uit Trinidad en Tobago leidde tot dat jaar de Concacaf, de voetbalbond voor Noord- en Centraal-Amerika en de Caraïben. De vertrouweling van FIFA-voorzitter Sepp Blatter werd beschuldigd van verschillende omkoop- en fraudegevallen.

In 2011 werd hij geschorst door de FIFA, omdat hij betrokken zou zijn bij het verstrekken van steekpenningen. Die gingen naar FIFA-officials in het Caribisch gebied, die vervolgens op Mohammed bin Hammam uit Qatar zouden stemmen bij de presidentsverkiezing van de FIFA.

Toewijzing WK’s

De Britse krant The Telegraph meldde bovendien in 2014 dat Warner en zijn familie miljoenen kregen van een bedrijf uit Qatar, kort nadat dat land het WK van 2022 had toebedeeld gekregen. Dat bedrijf was van Bin Hammam.

Ook bij de toewijzing van het WK in 2018 zou Warner vuil spel hebben gespeeld. Als de Britten dat toernooi wilden organiseren, moesten ze miljoenen steken in een opleidingscentrum in Trinidad. Het geld zou dan via Warner worden weggesluisd, zei David Triesman, de oud-voorzitter van de Britse voetbalbond in 2011.

WK-tickets op zwarte markt

Warner zou verder betrokken zijn bij de handel in WK-tickets op de zwarte markt in 2002 en 2006. In dat laatste jaar deed Trinidad en Tobago mee aan het WK in Duitsland, onder leiding van bondscoach Leo Beenhakker.

Overigens gaat ook de politieke carrière van Warner gebukt onder corruptieschandalen. Uitgerekend de woensdag waarop bekend werd dat Warner is aangeklaagd door justitie in Amerika, meldden media in Trinidad en Tobago dat Warner wegkeek bij corruptie in zijn thuisland. De leider van de Onafhankelijke Liberale Partij en voormalig minister van Nationale Veiligheid wist dat collega-ministers zich schuldig maakten aan fraude en corruptie, maar greep niet in. Warner gaf dat toe voor een rechtbank in Port-of-Spain.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl